Nederlandse winkeliers zien dat steeds minder klanten zich aan de
coronaregels houden. Dat levert soms discussies op, en in enkele gevallen
zelfs agressie-incidenten. Dat blijkt uit een enquête van Detailhandel
Nederland, die tussen 15 en 19 juni werd gehouden onder 332 winkeliers. De
belangenorganisatie van winkeliers doet in een persbericht een oproep aan
klanten om de coronaregels, en elkaar, in de winkel te respecteren.
Winkeliers worden onder meer geconfronteerd met klanten die zich niet
aan de 1,5 meter afstand houden of in grotere groepen naar winkels komen.
Bij sommige winkels is er maar één kassa open of mag een beperkt aantal
klanten de winkel betreden, met wachtrijen tot gevolg. Dat leidt tot
ongeduld onder klanten, en tot woordenwisselingen onderling – of met de
winkeliers. 56 procent van de winkeliers zag een toename van discussies in
de winkel; 13 procent maakte meer agressie-incidenten mee.
Dat is voor de winkeliers niet prettig. “We roepen daarom consumenten op
om de regels en elkaar te respecteren en zich ook in de winkel aan de
regels te houden,” aldus Bert van Steeg, adjunct directeur van Detailhandel
Nederland, in het persbericht van de organisatie. “De winkelier heeft
gastvrijheid hoog in het vaandel. Om steeds meer als een soort politieagent
te moeten optreden past daar niet bij en doet afbreuk aan de sfeer die men
probeert te creëren.”
Aan het Protocol Verantwoord Winkelen, dat eind maart werd ingevoerd,
ligt het niet. Tachtig procent van de winkeliers vindt de maatregelen uit
het protocol werkbaar, en zeventig procent vindt dat deze geen aanpassing
behoeven, zo is in de enquête te lezen. Van Steeg: “Winkeliers vinden het
belangrijk vast te houden aan de huidige maatregelen om de verspreiding van
het virus tegen te gaan. Het gaat om de gezondheid van eigen medewerkers,
maar ook van consumenten zelf.” Nu is het nog een kwestie van volhouden,
aldus Van Steeg. “Funshoppen is nog echt niet aan de orde. We willen wel
dat mensen met een veilig en prettig gevoel kunnen winkelen.”
Beeld: Aygin Kolaei voor FashionUnited
Bron: Fashion United