ACHTERGROND
Bureau RMC heeft de
drukte in de vier grote Nederlandse steden voor de eerste negen maanden
onder de loep genomen. Zoals reeds eerder via verschillende media
gecommuniceerd valt dit voor drie van de vier steden flink negatief uit,
voor FashionUnited duikt Bureau RMC dieper in de data. De hoofdstad
Amsterdam zag de meest negatieve uitschieter: het aantal bezoekers tot en
met week 30 2019 10,6 procent lager ligt dan dezelfde periode vorig jaar.
Utrecht volgt daarna, met een afname van 10,4 procent. Ook in Rotterdam is
de afname met 7,6 procent aanzienlijk te noemen. Een stuk positiever is het
beeld voor Den Haag waar het aantal bezoekers met 0,2 procent is
toegenomen. Als we dit vergelijken met de landelijke afname van -3,4
procent ziet het er in eerste oogopslag slecht uit voor de winkelstraten
van de grote vier.
Het aantal bezoekers is een belangrijke, maar gelukkig niet de enige
variabele om het succes van een winkelgebied te meten en verklaren. Er zijn
nog andere factoren die een rol spelen, zoals de verblijfstijd, nieuwe
bezoekers en de bezoekfrequentie. Bureau RMC brengt ook deze variabelen in
kaart en deze laten voor de grote steden een ander beeld zien.
Passanten blijven aanzienlijk langer in Utrecht
Als we tot week 30 de gemiddelde verblijfstijd per bezoeker bekijken en
vergelijken met dezelfde periode vorig jaar ziet Bureau RMC dat deze voor
alle steden is toegenomen. Utrecht heeft de grootste toename in
verblijfstijd in de eerste negen maanden, de gemiddelde bezoeker blijft 9
minuten langer in het winkelgebied: een groei van 9 procent. Ook in de
andere drie grote steden is een toename in de verblijfstijd zichtbaar. Waar
Rotterdam de kleinste toename laat zien met 1,9 procent wat neerkomt op een
toename van 2 minuten. De toename in verblijfstijd in Amsterdam is 2,4
procent en in Den Haag 3,6 procent. De hoofdstad heeft dus wel de grootste
afname in bezoekers, maar toch ook een relatief grote toename in
verblijfstijd. Den Haag komt op basis van deze twee variabelen als winnaar
uit de bus want de stad ziet zowel in een toename in bezoekers als
verblijfsduur.
Amsterdam trekt veel nieuwe bezoekers
Het aantal nieuwe bezoekers laat zien hoeveel procent van de bezoekers
in een periode de vorige periode niet in de stad is gezien. Voor alle vier
de grote steden ziet Bureau RMC dat dit percentage tot en met september
2019 afneemt ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. Dit betekent dat
alle vier de steden minder nieuwe bezoekers hebben weten te trekken en het
steeds meer moesten hebben van herhaalbezoek. Het hoogste percentage nieuwe
bezoekers noteerde Bureau RMC in Amsterdam, wat gezien de populariteit van
Amsterdam als toeristische bestemming logisch is. Gemiddeld trekt Amsterdam
77 procent nieuwe bezoekers, terwijl dit vorig jaar 78,3 procent was. Ook
in de andere steden ligt de afname rond de 1 procentpunt. Den Haag heeft
het laagste percentage nieuwe bezoekers met 37,1 procent.
Als laatste heeft Bureau RMC de bezoekfrequentie bekeken: hoe vaak
bezoeken mensen een stad per week? Voor alle vier de steden ligt deze op
hetzelfde niveau als vorig jaar. Dit betekent dat de vier steden door de
gemiddelde bezoeker even frequent bezocht worden. Den Haag heeft de hoogste
bezoekfrequentie van de vier, wat te verklaren is door het beperkte aantal
nieuwe bezoekers. In Den Haag ligt de bezoekfrequentie op 1,7 keer per week
voor de gemiddelde bezoeker in de eerste negen maanden. De laagste
bezoekfrequentie is in Amsterdam waar deze voor de gemiddelde bezoeker op
1,2 komt. Uit de data van Bureau RMC blijkt dat 90 procent van de bezoekers
in de Amsterdamse binnenstad deze slechts één keer per week bezoeken. In
Den Haag daarentegen ligt dit percentage op 74 procent. Voor Rotterdam en
Utrecht komt de bezoekfrequentie uit op 1,4 keer per week voor de
gemiddelde bezoeker.
Binnenstad Den Haag in een positieve flow
Zo zwart-wit als het dus op basis van de afname in bezoekers lijkt, is
het niet voor de vier grote steden. Den Haag is op basis van drie factoren
nog steeds de grote winnaar met als enige een toename in bezoekers en ook
de tweede grootste toename in verblijfstijd. De bezoekfrequentie is voor Den
Haag ook het hoogst, enkel op nieuwe bezoekers blijft de stad achter. Den
Haag moet het dus met name van loyale terugkerende bezoekers hebben.
Amsterdam daarentegen geeft een nagenoeg tegenovergesteld beeld met de
hoogste afname in passanten ten opzichte van vorig jaar. Daartegen staat
dan wel een grote toename in verblijfstijd, al is deze verblijfstijd in
hoogte relatief laag vergeleken met de andere steden. De hoofdstad heeft de
laagste bezoekfrequentie, maar trekt daarentegen wel elke maand een hoog
aantal nieuwe bezoekers. Amsterdam lijkt het dus met name te moeten hebben
van eenmalige bezoeken. Gezien het percentage nieuwe bezoekers lijken dit
toeristen te zijn.
Dit artikel is geschreven door Yannic Audenaerde, consultant bij Bureau RMC. Al meer
dan 30 jaar werkt RMC aan toekomstbestendige winkels en winkelgebieden. Met
een verleden in retail en kennis van big data verbetert RMC de strategie
van iedere winkel en elk winkelgebied. Met de CityTraffic- methode meet RMC
24/7 de drukte in meer dan 100 binnensteden in Nederland en België.
Beeld: grafiek verblijfstijd credit Bureau RMC. Winkelstraat
foto’s, credit FashionUnited.
Bron: Fashion United